„In deze verwarrende tijd buitelen op kerkelijk en theologisch terrein allerlei tegenstrijdige opvattingen over elkaar heen. Vaak worden die gemakkelijk aanvaard. Hoe geven wij als ambtsdragers geestelijk leiding in deze situatie?” Daarover sprak ds. A. J. T. Ruis, christelijk gereformeerd predikant te Rotterdam-Kralingen, zaterdag op een ambtsdragersconferentie in Sliedrecht.
De conferentie, belegd door de stichting Bewaar het Pand binnen de Christelijke Gereformeerde Kerken, werd door zo’n honderd ambtsdragers bezocht.
Geestelijk leiding geven is voor velen een beladen term die hen in verlegenheid brengt, stelde ds. Ruis. Hij wees op de toegenomen hoeveelheid informatie „die op ons en onze jongeren afkomt. Waar vinden onze jonge mensen identificatiefiguren, mensen die de Heere vrezen?” vroeg hij. „Het vervult ons met zorg hoe jongeren bij het Woord en de gemeente te betrekken.”
Nicodémus
Hét voorbeeld van geestelijk leiding geven ontleende de predikant aan Johannes 3, waarin Jezus in het gesprek met Nicodémus de leiding neemt. Christus ontvangt Nicodémus die in de nacht tot Hem was gekomen. „Jezus’ hart brandde van liefde. Allereerst voor Zijn Vader, gericht op Zijn eer”, aldus ds. Ruis. „Christus’ hart brandde ook voor verloren zondaren. Om die reden opende Hij in de nacht de deur voor Nicodémus.” De predikant vroeg de ambtsdragers of hun hart ook brandt voor de eer van God en de zaligheid van zielen in de ontmoeting met gemeenteleden.
Christus zag wat Nicodémus miste. Hij kende diens hart en nam de leiding in het gesprek. Christus deed dat vanuit de Schrift. Ds. Ruis: „U bent geen hartenkenner, maar u wijst als ambtsdragers toch ook wel op de noodzaak van wedergeboorte, zoals Christus dat ook Nicodemus deed?” Wedergeboorte is noodzakelijk en bij God vandaan mogelijk, stelde hij.
Dwang
De Kralingse predikant riep de ambtsdragers op in de ontmoeting met mensen waakzaam te zijn voor een verondersteld geloof en een dwang om maar te geloven, zonder daarin het werk van Gods Geest te kennen. Christus stelt Nicodémus Zijn profetisch ambt voor ogen. „Krijgt dat profetisch ambt vandaag niet te weinig aandacht?” vroeg ds. Ruis. Christus vraagt aandacht voor wat geloof is, door te wijzen op de koperen slang die Mozes in de woestijn verhoogd heeft, als teken dat zo ook de Zoon des mensen verhoogd moet worden, opdat een ieder die in Hem gelooft niet verloren gaat, maar eeuwig leven hebbe.
De predikant wees er verder op dat Christus een luisterend oor had voor Nicodémus. „Hij gebruikte woorden die Nicodemus ook heeft gebruikt. Jezus sluit daarbij aan. Ook voor ons als ambtsdragers is het nodig te luisteren naar wat mensen beweegt.”
Luisteren
Het belang van luisteren werd ’s middag in de forumbespreking nog eens onderstreept. „Maar het is niet alleen luisteren; ook leiding geven en mensen een spiegel voorhouden”, betoogde emeritus predikant ds. P. Roos, bestuurslid van Bewaar het Pand.
Een ambtsdrager stelde „dat we soms niet concreet durven zijn door bepaalde zonden aan te wijzen.” Verder werd er gewaarschuwd tegen bepaalde jongerenavonden waar „een eenzijdig geluid wordt gehoord.” Een ambtsdrager vroeg of daar in de prediking wat meer aandacht aan kan worden besteed. „We delen die zorg”, aldus ds. Ruis. Volgens ds. Roos zouden we daar iets beters tegenover moeten stellen.
Een van de ambtsdragers merkte op het moeilijk te vinden om jongeren in deze netwerksamenleving vast te houden. Moeten we daarin meegaan? Bestuurslid ds. M.A. Kempeneers is huiverig om via de moderne media jongeren te bereiken. Volgens hem moeten we niet concurreren met de wereld. Ds. Ruis: „Laten we ook aandacht hebben voor de notie van vreemdelingschap voor wat betreft het gebruik van nieuwe media.”