Open én kritisch. Zo wil Bewaar het Pand in de Christelijke Gereformeerde Kerken (CGK) staan. De noodzaak van het verschijnen van het blad is in de loop der jaren alleen maar toegenomen, vinden de redactieleden ds. A. van Heteren en ds. P. Roos. „Het kerkelijk leven staat er nu heel wat minder goed voor dan in de jaren zestig.”
Ds. Van Heteren pakt er een in zwart linnen gebonden boek bij: de eerste jaargang van Bewaar het Pand. De predikant uit Urk bladert er wat in. „Hier”, wijst hij, „het eerste nummer: 14 april 1966.” Dan leest hij de inleiding van ds. G. Blom voor, een van de predikanten die vijftig jaar geleden aan de wieg van het tijdschrift stonden. Die schreef dat de noodzaak van de uitgave steeds groter werd. Andere kerkbladen gaven onvoldoende voedsel voor de ziel en geen leiding aan het geestelijk leven. Bovendien bewoog het kerkelijk leven zich in de verkeerde richting.
„Het is niet onze bedoeling te gaan strijden tegen personen”, verduidelijkte ds. Blom. „Maar wel om het op te nemen voor de waarheid, die onze vaderen hebben voorgestaan en die Gods kinderen lief geworden is. Wij hopen daarmee een dam te kunnen opwerpen tegen de steeds voortgaande vervlakking in leer en leven, en zo ook degenen, die van hetzelfde gevoelen zijn, meer aan elkaar te verbinden.”
Wat speelde er dan concreet?
Ds. Van Heteren: „Men wilde vasthouden aan de oude gereformeerde beginselen en de onderlinge band in de kerken verstevigen. Er waren in de jaren zestig namelijk verschillende predikanten die uit zorg over de koers van de Christelijke Gereformeerde Kerken lid werden van bijvoorbeeld de Gereformeerde Gemeenten.”
„Wat ook meespeelde”, zegt emeritus predikant ds. Roos, „was de acceptatie van de nieuwe Bijbelvertaling uit 1951 en de discussie over het gebruik van televisie en het uitzenden van kerkdiensten. Daar leefden grote bezwaren tegen.”
Eigenlijk is er al die vijftig jaar dat Bewaar het Pand bestaat, niets aan de doelstellingen veranderd. Het gaat volgens beide predikanten nog steeds om het „bevorderen en handhaven van de oude Gereformeerde beginselen”, zoals het al een halve eeuw op de voorpagina van de tweewekelijkse uitgave staat, en om samenbindend in de Christelijke Gereformeerde Kerken te werken.
De noodzaak van het verschijnen van Bewaar het Pand is in de loop der jaren alleen maar toegenomen, denkt ds. Van Heteren. Het kerkelijk leven staat er nu heel wat minder goed voor dan in de jaren zestig, vindt hij. „Er zijn alleen maar meer afwijkingen van het Woord gekomen. Kijk maar naar de modernisering van de liturgie in veel gemeenten, die ten koste van de prediking gaat. Als een preek maar vijftien of twintig minuten mag duren, kom je niet toe aan een grondige uitleg van Gods Woord. De Bijbel spreekt duidelijk over twee wegen, wat inhoudt dat er in de gemeente ook twee soorten mensen zijn. We mogen niet aannemen dat iedereen die in de kerk zit ook een ware gelovige is.”
Ds. Roos: „We schuiven allemaal op. Als dat besef er niet is, ga je vanuit een ivoren toren allerlei dingen roepen. We zien de vervlakking juist ook binnen de gereformeerde gezindte.”
Wat ziet u dan?
Ds. Roos: „In de recente RD-enquête onder reformatorische christenen staan dingen waar ik blij mee ben. Maar als dan blijkt hoe massaal jongeren opgaan in moderne media, dan maak ik me daar grote zorgen over.”
Ds. Van Heteren: „In smartphones komen telefoon en computer samen, waardoor kinderen van twaalf jaar al met de hele wereld in hun zak lopen. Dat vind ik onverantwoord. Zulke dingen had je vijftig jaar geleden natuurlijk nog niet.”
Ds. Roos: „De leer was destijds trouwens niet in het geding. Er was geen sprake van ketterij of van vrijzinnigheid. Er is binnen onze kerken altijd getracht tucht uit te oefenen bij afwijkingen in leer en leven. Maar tegenwoordig zijn er wel degelijk leerverschillen en uiteenlopende visies op de Schrift, bijvoorbeeld wat betreft de schepping en de heilsorde. In die zin zijn we veel verder van huis dan in 1966.”
Ds. Van Heteren: „Dat geldt ook voor de visie op de vrouw in het ambt en voor de verdergaande samenwerking met de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt en de Nederlands Gereformeerde Kerken op plaatselijk vlak.”
Is ooit overwogen een soort Gereformeerde Bond in de Christelijke Gereformeerde Kerken op te richten?
Ds. Van Heteren: „Bewaar het Pand is een stichting. We functioneren wel een beetje zoals de Gereformeerde Bond in de Protestantse Kerk in Nederland, maar dan wat minder geprofileerd. Zo beleggen we ambtsdragersconferenties en ontmoetingsdagen en we hebben dus een eigen blad.”
Wat ziet u als de belangrijkste bijdrage van Bewaar het Pand aan het kerkelijke leven?
Ds. Van Heteren: „Dat een groot deel van de behoudende gemeenten de handen ineen hebben geslagen en in de Christelijke Gereformeerde Kerken zijn gebleven.”
Ds. Roos: „Bewaar het Pand heeft samenbindend gewerkt in de kerken. We merken dat bijvoorbeeld op de ontmoetingsdagen die we organiseren.”
En geestelijke vrucht?
Ds. Van Heteren: „Dat is een vraag die ook altijd tijdens kerkvisitaties wordt gesteld, maar die moeilijk te beantwoorden is. Toch hoor je wel dat het Woord weerklank vindt en mensen versterking en bemoediging ontvangen.”
Ds. Roos: „Dat is een belangrijke vraag, want het gaat ons niet in de eerste plaats om een organisatie of instituut maar om het geestelijk leven. Dan is het pijnlijk om te zien dat de ontmoetingsdagen van Bewaar het Pand vroeger soms 2000 mensen trokken en nu 400 à 500. Dat laat toch iets zien van vervlakking binnen de kerken.”
Ds. Van Heteren: „De tijd dat men met bussen vol naar de Bewaar het Panddagen kwam, is voorbij.”
Ds. L. W. van der Meij stelde tien jaar geleden dat veel mensen een karikaturaal beeld van Bewaar het Pand hebben. Is dat ook uw indruk?
Ds. Roos: „Dat ervaren we niet zo. Vanuit de synode zijn we bijvoorbeeld altijd heel welwillend tegemoet getreden. Ik denk dat we over het algemeen worden gezien als een opbouwende stichting die in dienst van de kerk staat. Groepsvorming willen we vermijden; we zijn geen club.”
Ds. Van Heteren: „In de particuliere en generale synodes hebben we altijd onze plaats ingenomen, evenals in de deputaatschappen. Daar kon je je woordje doen. Dat werd nooit als sektarisch afgedaan.”
Een vast ingrediënt in Bewaar het Pand is het waarschuwen tegen bepaalde ontwikkelingen in de kerken. Lijkt het blad soms niet te veel op een bunker van waaruit op van alles wordt geschoten?
„Dat valt wel mee hoor”, zegt ds. Roos. „Mijn rubriek ”Kerkelijk actueel” beslaat slechts een van de acht of negen redactionele pagina’s, die doorgaans een opbouwend en stichtelijk karakter hebben. En natuurlijk probeer ik de inhoud van mijn bijdragen wat af te wisselen.
Maar er wordt zeker geschoten, ja. Met rubberen kogels, om mensen te waarschuwen. Want het gaat me niet om personen maar om verkeerde leringen. Je ziet dat terug in de Bijbel: om de schapen te beschermen, waarschuwde de goede Herder tegen rovers, dieven, wilde dieren en huurlingen.
Ik merk overigens dat er behoefte is aan een dergelijke rubriek. Mensen willen bewapend en toegerust worden, zodat ze een standpunt kunnen innemen. Je kunt dit misschien vergelijken met de rubriek ”Voor de lens” in De Wekker, waarin JHV (ds. J. H. Velema; red.) ook vaak kritisch was.”
De generale synode van de Christelijke Gereformeerde Kerken begint in juni. Hoe staat het kerkverband ervoor?
Ds. Van Heteren: „Een van de punten die de synode bespreekt, is de vorming van de Gereformeerde Theologische Universiteit. Ik ben bang dat we een deel van onze identiteit zullen inleveren door samenwerking met de opleidingen van de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt en de Nederlands Gereformeerde Kerken. Ik hoop dat de invloed van de Gereformeerde Bond van wezenlijke betekenis zal zijn. Het valt te betreuren dat de Hersteld Hervormde Kerk naar het zich laat aanzien niet zal meedoen.”
Ds. Roos: „Het is zonneklaar dat een deel van de Christelijke Gereformeerde Kerken zal samengaan met de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt. Dat is een gevolg van de praktijk, niet van een synode-uitspraak. De kerken die overblijven, willen gewoon christelijk gereformeerd zijn. Ik hoop dat Bewaar het Pand al die gemeenten weet vast te houden.”
Ds. Van Heteren: „Ik denk dat we eerlijk moeten zeggen dat onze kerken steeds verder van de gereformeerde beginselen af komen te staan. De synode buigt zich straks ook over een aantal revisieverzoeken met betrekking tot het rapport over homoseksualiteit. Ik verwacht niet dat de kerkvergadering van standpunt zal veranderen. Het zal me echter niet verbazen als plaatselijke kerken het besluit naast zich neerleggen en hun eigen gang gaan.”
U sloot tien jaar geleden niet uit dat Bewaar het Pand ooit nog eens zou opgaan in het blad van de Hersteld Hervormde Kerk. Hoe denkt u daar nu over?
Ds. Van Heteren: „Ik denk niet dat dit nu zo snel zal gebeuren. We hebben vormen van samenwerking. Zo mag er kanselruil plaatsvinden, net als met gemeenten die zich rekenen tot de Gereformeerde Bond in de Protestantse Kerk. In kerkelijke fusies zie ik niet zo veel. Ik denk dat we moeten samenwerken, zoals we al doen in de reformatorische scholen, de politiek, de Gereformeerde Bijbelstichting en in andere maatschappelijke organisaties. Kerkelijke samenwerking kun je niet van bovenaf regelen; daar krijg je brokstukjes van. Dat zie je bij de vrijgemaakten. De kleine kerkgenootschappen die daaruit ontstonden, zijn volgens mij niet levensvatbaar.”
Een landelijk kerkverband spreekt mensen steeds minder aan, constateert de predikant uit Urk. „Of ik dat jammer vind? Ik weet het niet. Alles heeft voor- en nadelen.”
Ds. Roos: „We voelen ons verbonden met de Hersteld Hervormde Kerk, maar ik wil benadrukken dat dit ook geldt voor de groep orthodoxe kerkleden binnen de Protestantse Kerk, die op hetzelfde fundament staan als wij. Misschien komt er ooit nog weleens de mogelijkheid om al deze mensen in een andere constellatie bij elkaar te krijgen. En dan hoop ik dat de Gereformeerde Gemeenten ook zullen ontdekken dat we elkaar nodig hebben. Kanselruil zou heel mooi zijn, maar dat lijkt nog ondenkbaar.”
Ds. Van Heteren: „Helemaal ondenkbaar is dat niet. Door de week komt het incidenteel voor dat een christelijke gereformeerde predikant op een kansel van een gereformeerde gemeente staat. Zelf ben ik recent in Rijssen geweest.”
Pleit u voor een meer congregationalistisch model van kerk-zijn, waarin elke gemeente onafhankelijker is?
Ds. Roos: „De praktijk voert je daar naartoe. Ik denk eigenlijk dat er geen andere weg is. Ik zeg niet dat kerkverbanden hebben afgedaan, maar veel gemeenten doen wat ze zelf belangrijk vinden.”
Toen ds. P. den Butter een jaar of tien geleden zei best iets in het independentisme te zien, kreeg hij een storm van kritiek over zich heen.
Ds. Van Heteren: „De praktijk heeft ons ingehaald. Je ziet overal dat gemeenten zelfstandig dingen doen. In Urk hebben de kerken bijvoorbeeld regelmatig overleg met de burgemeester. Dan kun je op plaatselijk vlak als gezamenlijke kerken een zekere invloed uitoefenen.”
Ziet u het tweede landelijke blad binnen de CGK, De Wekker, als een concurrent?
Ds. Roos: „De Wekker heeft de verschillende richtingen binnen de kerk altijd willen samenbinden. Maar sinds het recent is begonnen met het uitbrengen van themanummers, denk ik dat veel mensen de geestelijke inhoud zullen missen. Dat is een verschraling. Maar we zijn geen concurrenten. Nee, dat niet. Ondanks de verschillen accepteren we elkaar. De Wekker en Bewaar het Pand zijn allebei christelijk gereformeerd.”
Hoe krijgt u jongeren zover dat ze Bewaar het Pand gaan lezen?
Ds. Van Heteren: „We hebben ruim 3000 abonnees, ongeveer evenveel als tien jaar geleden. Ondanks de digitalisering zijn er zeker jongeren die het blad lezen. Maar hoeveel, dat weten we niet. We hebben in ieder geval een stevige rubriek voor jongeren, van ds. M. A. Kempeneers.”
Ds. Roos: „We geven ook abonnementen aan jongeren die gaan trouwen. Ik kom op de preekstoel weleens in de verleiding om even de naam van Bewaar het Pand te laten vallen, om zo aandacht voor het blad te vragen.”
Ds. Van Heteren, lachend: „Dan moet je preken over 2 Timotheüs 1:14: „Bewaar het goede pand dat u toebetrouwd is.” Dan is er zéker een aanleiding.”
Ds. A. Heteren en ds. P. Roos
A. van Heteren werd geboren in 1951 te Gouda. Hij diende de christelijke gereformeerde kerken in Werkendam (1976) en Barendrecht (1994). Sinds 2000 staat hij in Urk (Eben-Haëzer). Ds. Van Heteren is onder meer redactielid van Bewaar het Pand. De predikant is eerste secretaris van de Gereformeerde Bijbelstichting (GBS), tweede voorzitter van de Staatkundig Gereformeerde Partij (SGP), bestuurslid van stichting Kom over en help (KOEH) en van Stichting Reformatorische Publicatie (SRP).
P. Roos werd geboren in 1938 te Utrecht. Hij was predikant van de christelijke gereformeerde kerken in Nijkerk (1964), Middelharnis (1967), Harderwijk (1973), Utrecht-Noord (1981) en Damwoude (1995). Hij ging in 2006 met emeritaat. Ds. Roos is onder meer redactielid van Bewaar het Pand. Hij was driemaal afgevaardigde naar een generale synode. De emeritus predikant zat in het bestuur van de stichting Schuilplaats.